'Vluchtig bezien waren ze in een opgewekte stemming', schrijft Ian McEwan op de eerste bladzijde van zijn nieuwste roman Aan Chesil Beach. Ik las de zin een keer of vijf.
Sommige zinnen naderen perfectie, ademen iets ultiems uit. Ze nestelen zich in lichaam en geest, maken iets los en houden je vast. En dat komt vaak niet eens zozeer door wat er staat, of hoe het er staat, als wel door wat er wordt weggelaten.
Ernest Hemingway bestempelde een verhaal van zes woorden tot zijn beste werk. 'For sale. Baby shoes. Never worn', luidt de klassiek geworden frase, waarin een heel verhaal besloten ligt. En hoewel ook Ian McEwan de kunst van het weglaten uitzonderlijk goed lijkt te verstaan, ben ik blij dat hij 153 pagina's heeft volgeschreven.
De auteur beschrijft de huwelijksnacht van de twintigers Edward en Florence, aan de vooravond van de seksuele revolutie in de jaren zestig.
Bovenstaand citaat impliceert op subtiele wijze dat wat had kunnen zijn, maar wat niet is. En waarschijnlijk nooit zal komen (eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik het boek nog niet helemaal uit heb, maar aannemelijk is dat zich een onheilspellend drama gaat voltrekken). Tussen de regels sijpelt de bittere ernst van bedrogen geluk door. Treurig word ik ervan. En nieuwsgierig.
Een paar bladzijden verder. 'En ze hadden zoveel plannen, duizelende plannen, voor hen opgstapeld in de wazige toekomst, een even rijke wirwar als de zomerflora aan de kust van Dorset, en even fraai. ' Een van de duizelende plannen: niet zijn zoals andere mensen zijn, 'tenminste niet van binnen'. Prachtig in eenvoud, uniek in herkenbaarheid.
De weelderige flora bestaat bovendien uit kool en reuzenrabarber, een plant waarvan ik het bestaan niet had vermoed, maar die ik onmiddellijk in mijn tuin zou willen hebben vanwege de beeldende kracht die er in haar benaming schuilt. Ik ben bang dat reuzenrabarber er in werkelijkheid een stuk minder frivool uitziet dan in mijn fantasie (daar is ze namelijk oranje/roze met lange stengels), maar gelukkig behoeft het woord niets meer dan mijn eigen interpretatie.
Ooit nam ik me voor alle citaten die ik lees, zelf had willen verzinnen en die me - om wat voor reden dan ook - bijblijven, op te schrijven. Later zou ik dan met al deze verzamelde zinsneden, woorden, hele paragrafen soms, een verhaal componeren.
Naast uiteenlopende romans, werd ik geïnspireerd door zanger/tekstschrijver Stef Bos ('Ik wou dat ik een dichter was, dan kon ik dichter bij je zijn') en voormalig Spunk-redacteur Oscar Kocken ('Het mooie barmeisje krabbelde iets op een bierviltje. Ik krabbelde terug'). En McEwans 'Vluchtig bezien waren ze in een opgewekte stemming' zou misschien wel de opening zijn. Het slot zou hoe dan ook de woorden 'grootmufti' en 'paljas' bevatten.
En toen kwam Kluun. Die met Komt een vrouw bij de dokter min of meer mijn idee stal. En er een hele lelijke naam aan gaf. Namelijk 'wramplen' ('spreek uit als 'rempel' - zoals Brabanders warempel zouden zeggen', aldus Elsevier.nl. Nog een reden om het gewoon bij 'citeren' te houden).
Dus nu wil ik iets nieuws verzinnen. Een werk waarin al mijn literaire aspiraties op hun best tot uiting komen en waaruit anderen later veelvuldig zullen citeren. Zodat ik na de publicatie van mijn eerste roman/novelle/dichtbundel op een dag thuiskom in Brabant, en ze daar zeggen: 'Rempel durske, die'n inne, van Komt een vrouw bij de dokter, witte wel? Nou, d'n dieje dus, die het oe gewoon gerempeld in z'n nije boek!'*
* Bij gebrek aan kennis van het geschreven Brabantse dialect, heb ik me beperkt tot een fonetische weergave. Sorry.
donderdag 17 januari 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
5 opmerkingen:
Hahahaha! Geniaal! Heb je stuk over het boek even overgeslagen, want dat ligt nog ongelezen op me te wachten. Ik wacht op het juiste moment om het in een keer uit te lezen en dat is nog niet gekomen. Enfin. Je kunt best wramplen hoor. Jij kan dat toch veel beter en veel cooler dan Kluun.
Hey Lieke!
Alles goed? Hier wel hoor.
Ik wil McEwan ook nog lezen. Overigens is zijn boek Zaterdag ook een echte aanrader.
groetjes, Paul
hee paul!
ja, alles prima hier! met jou ook? waar ben je tegenwoordig? en wat doe je?
groetjes!
ps. heb zaterdag idd ook in m'n collectie...
"Zodat ik na de publicatie van mijn eerste roman/novelle/dichtbundel..."
Is dit 'én én' of 'óf óf'?
ehm...liefst én én natuurlijk. maar misschien eerst een dichtbundel. en daarna eens beginnen aan een stukje proza in de vorm van een groot verhaal ofzo. ligt jouw boek al bijna op de planken?
Een reactie posten